De opening van het jaar van de Vrouw in 1975 werd gevierd met een groot feest in het gebouw van de sociale academie. Er ontstond een vrouwencultuur waarin strijdbaarheid samenging met veel lol. Vergaderingen vonden in eerste instantie plaats bij mensen thuis. Er werd daarbij veel gezongen. Veel vrouwen hielden van zingen, maar mochten vroeger niet meezingen omdat ze geen wijs konden houden of veel te hard zongen. Het was aanleiding om het gemengde vrouwenkoor De Houten Kelen op te richten, waarmee Ans overal in het land optrad. Soms samen met Coby Schreijer, in die tijd de belangrijkste vertolkster van strijdliederen. Zij kon de aanpak van de Houten Kelen (‘we zingen niet zuiver maar wel hard’) niet altijd waarderen.
In de beginjaren van het Vrouwenhuis organiseerden de initiatiefneemsters autorally’s, met vele hilarische opdrachten, eindigend bij de COC-vrouwendansmiddagen. Later werden het fietsrally’s, met opdrachten en speurtochten voor vrouwen en kinderen. Op zondagochtenden gingen ze met een aantal lesbische vrouwen koffiedrinken bij Boymans, waar een kennis achter de koffiebar stond.
Op donderdagavonden werd café Hoboken een ontmoetingspunt voor vele homomannen en lesbische vrouwen. Voor hen bloeide het uitgaansleven in Rotterdam in discotheken als Zorba, de dansnachten bij de AMVJ en bij zogenaamde homozaken als Gay Palace. Ook reden ze paar keer per jaar met vier of vijf auto’s naar Parijs, naar de ‘Katmandou’, een women only nightclub, waar een wereld voor hen openging. Om vijf uur ‘s nachts reden ze dan weer terug naar Rotterdam.